MerlierKoolskamp-23

Merlier knalt ook in Kampioenschap van Vlaanderen naar winst, eindzege voor Jeannière

Tim Merlier heeft in het Kampioenschap van Vlaanderen, de laatste manche van de Lotto Cycling Cup, zijn Europese kampioenentrui nog wat extra glans gegeven. In een sprint toonde hij zich andermaal de snelste van het pak. De eindzege is voor de Fransman Emilien Jeannière. 

De 108e editie van het Kampioenschap van Vlaanderen kreeg vrijdag de perfecte ingrediënten toegedeeld: een heerlijk nazomerzonnetje en een deelnemersveld met de beste sprinters uit het peloton. 

Voor Tim Merlier was het de eerste keer dat hij in een wedstrijd zijn Europese kampioenentrui mocht aantrekken. In zijn zog tekenden ook Jasper Philipsen, Jordi Meeus, Dylan Groenewegen, Fabio Jakobsen, Gerben Thijssen, Arvid de Kleijn en tal van andere snelle mannen het startblad. 

Een vroege vlucht van drie bedienden de sprintersploegen op hun wenken. Alex Colman, Fabio Christen en Sam Gademan sprokkelden een voorsprong van ruim drie minuten bij elkaar. Het ideale scenario voor een massasprint. 

Een valpartij op tien kilometer van de streep zette de zenuwen even op scherp. Jakobsen, Welsford en Ballerini werden definitief uitgeschakeld. Een groepje met Merlier, Démare en Kristoff moest achtervolgen. 

Met succes. In de slotkilometers troepte alles terug samen. De koninklijke massasprint was onvermijdelijk. Merlier zette zich in het spoor van Philipsen en kwam er met de streep in zicht oppermachtig uit. De armen mochten de lucht in. Voor Merlier al zijn 18e overwinning van het seizoen, zijn eerste in de trui van Europees kampioen. 

De Kleijn sprintte naar de tweede plaats, Philipsen vervolledigde het podium. De eindzege van de Fransman Emilien Jeannière kwam niet meer in gevaar. Hij volgt op de erelijst Caleb Ewan op. 

Merlier: “Op het gepaste moment eruit gekomen”

Merlier was blij met zijn eerste zege als Europees kampioen, al was het geen makkelijke klus na een hectische finale. “Na die valpartij volgde een achtervolgingsrace. Dat duurde een hele poos, ik denk dat we pas in de laatste vier kilometer aansluiting vonden met het peloton. Dan moesten wij ons reorganiseren. Kijken wie er nog allemaal mee was van de ploeg en hoe we de spurt zouden kunnen inzetten. Bert Van Lerberghe was ik spijtig genoeg al kwijt en dus werd Warre Vangheluwe opgevorderd om me naar voren te brengen. Hij deed dat heel goed. Ik moest er alleen voor zorgen dat ik er op het gepaste moment uitkwam.”

Deel dit bericht